(Big) Data: al meer dan 30 jaar ‘een ding’

En nog steeds weten we niet goed hoe of wat dan verder...

(Big) Data: al meer dan 30 jaar ‘een ding’

Tijdens het eerste VNAB college dat ik – in 2019 alweer – samen met twee heuse actuarissen verzorgde, stelde ik vast dat data juridisch inhoudelijk al bijna drie decennia onze verzekeringsrechtelijke aandacht heeft.

In 1990 al schreef de toen nog jonge Wansink in zijn oratie dat: “bij het toenemen van inzicht in risicofactoren, mede dankzij de groei van het waarnemingsmateriaal en de technische hulpmiddelen, de mogelijkheid om de differentiatie in homogene groepen en daaraan gekoppeld de tariefdifferentiatie te verfijnen, zullen toenemen.”1  Hij had gelijk en voor mij was het mooi om te zien hoezeer de ontwikkelingen in een stroomversnelling zijn geraakt.

Sinds zijn oratie, maar ook al sinds het VNAB college, hebben de ontwikkelingen immers niet stil gestaan. Of, zoals de AFM het in een verkennende studie uit 2021 weergeeft: “De hoeveelheid data neemt snel toe en de technieken en modellen die gebruikt worden om de data te analyseren, worden geavanceerder. Hierdoor kunnen verzekeraars zich steeds verder profileren (…). Geavanceerde modellen kunnen ook de maximale betalingsbereidheid van een individu inschat­ ten, of polisvoorwaarden personaliseren (…).2
 

Data leidt tot differentiatiemogelijkheden: (letterlijk en figuurlijk) uitgelezen rijgedrag mag beloond worden; ‘gezond’ leven levert premiekorting op, terwijl wonen in een bepaald(e) (deel van de) stad juist kan en mag leiden tot premieverhoging op de woonhuisverzekering en/of onverzekerbaarheid van het overlijdensrisico.3 Stuk voor stuk razend boeiende aspecten van (het hebben van) informatie.

De AFM-studie benoemt een aantal van de door mij genoemde punten en is bepaald lezenswaardig te noemen, waar zij potentiële voordelen (minder ‘subsidiëren’ van risicovol gedrag, lagere schadelast en betere verzekerbaarheid op individueel niveau), maar ook potentiële risico’s benoemt. Als risico’s worden onverzekerbaarheid, ‘datakwaliteit en data als acceptatie- of betaalmiddel’, intransparantie & verlies
van vertrouwen, het creëren van een acceptatiedrempel en ‘concurrentiedruk boven het morele kompas’ genoemd. Het strekt te ver om de (intrigerende) risico’s op deze plaats nader te bespreken,4 vooral
omdat ik aandacht wil vragen voor een punt dat niet benoemd is. In de hele studie komt het woord ‘zorgplicht’ niet voor en het is de vraag of dat terecht is.

Een fraai voorbeeld is de zogenoemde Veilig Rijden-app van de ANWB. Met een app op de telefoon wordt het rijgedrag van de aangesloten verzekerde gemonitord. G-kracht meting brengt diens optrek- en bochtengedrag in kaart, de polis kan opgezegd worden als verzekerde meer dan 50 kilometer boven de toegestane snelheid rijdt, maar als hij ‘braaf’ is, krijgt hij juist premiekorting. Het is voor dit doel prima in kaart te brengen informatie.

Tijdens het VNAB college in 2019 heb ik aandacht gevraagd voor wat ik toen als bijvangst aanduidde. De verzekeraar heeft mijn gedrag in kaart, maar ook dat van vele anderen. Wat nu als de verzekeraar uit die informatie leert (of zou moeten leren?) dat een bepaald kruispunt in wezen (levens)gevaarlijk is. Dat in een bepaalde wijk dagelijks airbags gestolen worden. Of dat juist Opels of katalysators onder auto’s uit gestolen worden. Ik heb me de vraag gesteld of de kennis en de vergaarde informatie niet op zijn minst aanleiding dient te vormen voor klantcontact. Is de verzekeraar niet bijna ge- houden om zijn klant te waarschuwen voor de risico’s die hem bekend (zouden moeten) zijn?
 

Het is een spannend dossier, gaf ik tijdens het VNAB college aan en juist dan is het mooi als daar ook in de literatuur aandacht voor gevraagd wordt. Meijer koppelt de informatie aan de verplichtingen die voor verzekerde en verzekeraar gelden en stelt zich de vraag of de verzekeraar
niet ook een verplichting heeft om “binnen redelijke grenzen alle maatregelen te nemen die tot voorkoming of vermindering van de schade moeten leiden.”5

(Ook) hij benoemt onverantwoord rijgedrag, gevaarlijke verkeerssituaties en zelfs gaat Meijer
nog wat verder, waar hij zich afvraagt of de verzekeraar tot actie moet overgaan als een gekoppelde rookmelder in een woning af gaat. En geldt dat alleen voor de verzekeraar of ook (juist?) voor de (eveneens verzamelende) makelaar die nu eenmaal aan de kant van de verzekeringnemer acteert?

We zijn er nog niet en we weten nog niet wat we met alle informatie kunnen of moeten. Want auto’s zijn inmiddels connected, maar de klant is niet real time verbonden. Nog. Want het kan wel. Komt er een Google Insurance- app in onze auto’s die (wel) real time een continue datastroom aan gegevens doorzet,6 waardoor de verzekeringspremie maandelijks aangepast kan worden? De markt blijft veranderen en u, als lezer van dit vakblad, bent pro-actiever dan ik als wetenschapper. Dus zet u vooral stappen, want ik herhaal: een spannend dossier is het. En dat blijft het nog wel even ook…
 

Hoogleraar Verzekeringsrecht Erasmus Universiteit Rotterdam en Radboud Universiteit Nijmegen

Prof. mr. N. (Mop) van Tiggele-van der Velde

We zijn er nog niet en we weten nog niet wat we met alle informatie kunnen of moeten. Want auto’s zijn inmiddels connected, maar de klant is niet real time verbonden. Nog. Want het kan wel. Komt er een Google Insurance- app in onze auto’s die (wel) real time een continue datastroom aan gegevens doorzet,6 waardoor de verzekeringspremie maandelijks aangepast kan worden? De markt blijft veranderen en u, als lezer van dit vakblad, bent pro-actiever dan ik als wetenschapper. Dus zet u vooral stappen, want ik herhaal: een spannend dossier is het. En dat blijft het nog wel even ook…

Prof. mr. N. (Mop) van Tiggele-van der Velde
Prof. mr. N. (Mop) van Tiggele-van der Velde

1 J.H. Wansink, oratie EUR 1990.
2 AFM, ‘Personaliseren van prijs en voorwaarden in de verzekeringssector. Verkennende studie’, 8 juni 2021, p. 6. 
3 Zie het dossier inzake premiedifferentiatie op basis van postcode van het College van de Rechten van de Mens aan Dazure (geen discriminatie).
4  Verkennende studie 4.1­4.2.
5 S.Y.Th. Meijer, ‘De impact van big data op het verzekeringsrecht’, AV&S 2020/21.
6 Vrij naar Steven Majoor, https://www.dnb.nl/algemeen­nieuws/speech­2022/speech­steven­maijoor­de­financiele­sector­in­het­digitale­tijdperk­kansen­benutten­risico­s­beheersen/

Zoeken binnen VNAB